Veel organisaties in de gehandicaptenzorg zijn het erover eens: er moet vaker gepraat worden over veiligheid. Dat bleek uit gesprekken die VGN en NU’91 namens de Stichting Arbeidsmarkt Gehandicaptenzorg (StAG) afgelopen zomer voerden met verschillende gehandicaptenzorgorganisaties. Het gaat dan niet alleen over objectieve, maar ook over subjectieve veiligheid. Ofwel, ook over het gevoel van veiligheid. Maar wat hebben organisaties daarvoor nodig?
Iedere zorgorganisatie onderkent het belang van de dialoog over veiligheid. De manier waarop aan veiligheid wordt gewerkt verschilt per organisatie, omdat de organisaties verschillen. Toch zijn er ook overeenkomsten.
Praten over veiligheid moet kunnen en mogen, niet alleen tijdens formele overleggen, maar ook tussendoor tijdens de ‘luwe uurtjes’. Daarbij is het van belang dat het veiligheidsbeleid van de organisatie duidelijk is. Dat is niet altijd het geval. Bovendien lopen veel organisaties aan tegen veranderingen in de zorg. Meer zelfregie en minder mensen op de werkvloer veranderen de dynamiek op een afdeling. Daardoor is het van nog groter belang geworden over veiligheid te praten en te kijken wat de verbeterpunten zijn.
VGN en NU’91 constateerden dat de kennis over veiligheid bijzonder groot is binnen de organisaties. Het blijft de kunst die kennis met alle werknemers te delen. Iedereen herkent daarom het belang van een heldere methode zoals de VeiligPlus-aanpak. De eerste organisaties zijn inmiddels gestart met interne voorbereidingen om nog dit jaar met de VeiligPlus-aanpak te kunnen starten.